|
Met een heerlijke lentedag met 16 graden op de buienradar app is het tijd voor de eerste feedervis sessie van 2020. Het jachtterrein wordt een kleine recreatieput waar veel kleine giebel, kroeskarper, karper en enkele grote brasems rondzwemmen. In de zomer kan er heel goed gevangen worden, echter is de watertemperatuur nog laag (8 graden) en de vis nog niet heel mobiel. Belangrijk is het dan om de vis echt op te zoeken. De dag begint dan ook om rond het water te lopen om tekenen van leven op te sporen. Heb geen zin om een voerplek aan te leggen en te zitten wachten totdat de vis naar me toekomt. De vangstdrang is hiervoor te groot. Na een eerste rondje zie ik de eerste voorzichtige aasbellen bijna onder de bomen. Deze plek ligt uit de wind en gedurende de dag zal hier de zon op staan. Deze plek geeft de meeste vertrouwen om te starten. Snel de visspullen uit de auto halen en de plek innemen. Na 10 minuten opbouwen, optuigen en voer aanmaken zit ik geheel klaar. Uit de viskoffer nog even een kannetje koffie en de dag kan beginnen. Eerst enkele worpen maken om de voerstek op te bouwen. Met de vislijn vastgeklipt achter de linclip op de vismolen kan ik steeds direct naast de takken gooien. Dat geeft vertrouwen om de vis geleidelijk te verleiden om onder de takken vandaan te komen en de voerstek op te zwemmen. Na 20 minuten is het eerste teken van leven te zien door enkele voorzichtige tikken op de top. In de zomer zou je al een handvol vissen hebben gehad, waardoor het toch wel een beetje tegenvalt. Gelukkig is het te verklaren door de lage watertemperatuur. Hierdoor verspreid van het lokvoer niet zo snel, omdat de geur van het voer minder snel aan het water wordt afgegeven om de vis te bereiken. Gedurende de dag komt de vis steeds beter op de voerstek en na 4 uur vissen zijn er 4 karpers, 5 giebels, 2 kroeskarpers en een grote brasem voorbijgekomen. Al met al toch een heel geslaagde dag zo. Op naar de volgende sessie!
|
| https://www.sportvisgigant.nl/ |
